Eindelijk begin ik te snappen dat alles groei is en proces, of ‘inwijding’, zoals een goede collega en vriendin van me zou zeggen. Elke keer dat er iets op mijn pad komt, dat moeilijk lijkt, pijnlijk is, of oncomfortabel voelt, word ik uitgenodigd tot groei, uitgenodigd om een stap te maken en om iets in mij te helen.
Maar oh zo verleidelijk is het om ervan weg te gaan, het niet te voelen, het niet onder ogen te komen (zo lang dat mogelijk is) en te zoeken naar comfort.
Onlangs keek ik naar een documentaire, waarin een wijze vrouw zei: “comfort is the greatest danger” (comfort is het grootste gevaar) en volgens mij heeft ze gelijk.
Een deel van mij wil niets liever dan comfortabel zijn. Knus met een dekentje op de bank en laat die boze wereld buiten maar razen.
Maar ik kan niet groeien en bloeien, wanneer ik alleen maar blijf zitten op een veilig plekje.
Het oncomfortabele, waar het diertje in mij bij vandaan wil, helpt mij, om niet vast te roesten en afgestompt te raken.
De kunst is alleen, om het oncomfortabele aan te gaan, met zachte ogen en ontspannen nieren.
En uiteraard is er een spanningsveld, het is niet de bedoeling om roekeloos de hele tijd van alles aan te gaan. Dat kan ook een valkuil zijn.
Vroeger dacht ik dat ik nooit van mijn hoogtevrees af zou komen. Ik vermeed hoogtes die me angst in boezemde. Ik zei een zanglerares af toen ik er achter kwam dat ze 10 hoog op een flat woonde. Ik durfde de galerij niet over.
Sinds een paar jaar ben ik stapsgewijs mijn hoogtevrees aan het aanpakken. Dit gaat over veel meer, dan de letterlijke hoogte en het echte gevaar.
Voor mij gaat het over vertrouwen, overgave, afdalen in mijn lichaam, gronden en aanvaarden.
Ik was afgelopen winter aan het overwinteren op Tenerife en ik besloot dat ik er aan toe was om de vulkaan op te gaan, met de Kabelkar.
Ik ben dol op wilde natuur, bergen, wandelen en ver van de bewoonde wereld zijn. Me klein voelen in die immense grootsheid. Tegelijkertijd worden al mijn angsten en weerstand er door aangewakkerd.
Onderweg naar de kabelkar had ik allerlei redenen bedacht waarom ik het bij nader inzien toch niet wilde doen. Ik wou ontsnappen.
Ik had heel sterke fysieke reacties. Ik was misselijk, had buikkrampen en moest een aantal keren naar het toilet.
Qua stemming was ik niet te genieten. Ik was geërgerd en mijn geliefde kon niets goed doen in mijn ogen.
Maar iets in mij wist, dat het klopte, dat ik dit ging doen. En dus begon ik met het zacht maken van mijn ogen, het doen van een kalmerende Tao meditatie en ter afsluiting deed ik nog eens de helende klanken.
Tot mijn eigen verbazing was ik vervolgens in staat om heel ontspannen de kabelkar in te wandelen.
En daar gingen we. Naar 3555 meter hoogte. Ik genoot enorm van het uitzicht. Het was magisch!
Eenmaal boven had ik last van hoogteziekte, ik was kortademig, had een druk op mijn borst en kreeg hartkloppingen bij elke inspanning. Maar het maakte me niets uit. Ik was zo vervuld van de schoonheid van het landschap, het raakte me diep. En ik was dolgelukkig met deze overwinning!
Ik vind het heel bemoedigend en bevrijdend om te ervaren dat angst iets is waar ik voorbij kan komen. Deze ervaring was zelf gekozen, maar ik voel hoe het mij helpt om meer in mijn kracht te komen.
Voordat ik Vallei en Tao trainde, durfde ik niet eens te dromen, dat ik ooit zoiets zou kunnen.
Dankzij de stuwing die op gang komt door de training zet ik stappen die ik nooit voor mogelijk had gehouden.